The Curse of La Llorona
Recensie

The Curse of La Llorona (2019)

De nieuwste toevoeging aan het Conjuring-universum is een zwak geestenverhaal, gebaseerd op een Mexicaanse legende.

in Recensies
Leestijd: 5 min 6 sec
Regie: Michal Chaves | Cast: Marisol Ramirez (La Llorona), Linda Cardellini (Anna Tate-Garcia), Raymond Cruz (Rafael Olvera), Patricia Velasquez (Patricia Alvarez), Jaynee-Lynne Kinchen (Samantha), Madeleine McGraw (April), e.a. | Speelduur: 93 minuten | Jaar: 2019

Tegenwoordig beproeven steeds meer studio's hun geluk met het creëren van een eigen filmuniversum. Een dergelijk universum bestaat uit een reeks afzonderlijke films, die samen één overkoepelend verhaal vormen. Personages blijven op die manier niet louter beperkt tot optredens in hun eigen avonturen, maar kunnen ook opduiken in die van elkaar.

De bekendste filmuniversums zijn die van Marvel en DC, die beide volledig in het teken staan van superhelden. Inmiddels wordt ook al een poosje geëxperimenteerd binnen het horrorgenre. Universal Studios tekende op papier plannen uit voor een 'Dark Universe' - een dappere poging om de klassieke filmmonsters uit de gouden eeuw van Hollywood nieuw leven in te blazen - maar ging jammer genoeg meteen onderuit met een eigentijdse remake van The Mummy. Een harde les: misschien is het beter om eerst even te peilen of het publiek überhaupt warmloopt voor die grootse plannen.

Op basis van de wereldwijde bioscoopopbrengsten is het Conjuring-universum, onder leiding van producent James Wan, een geslaagder voorbeeld. De warme ontvangst van horrorfilm The Conjuring zette de deur open voor meer paranormale uitstapjes, waarbij zijpaadjes werden verkend en zo gaandeweg een universum kon ontstaan, dat tot op heden bestaat uit Annabelle, The Conjuring 2, Annabelle: Creation en The Nun. De nieuwste toevoeging heet The Curse of La Llorona en hangt maar heel losjes samen met de eerdergenoemde titels. Op posters en affiches verwijzen de producenten naar hun eerder behaalde bioscoopsucces The Conjuring, maar dat is vooral een slimme zet vanuit commercieel oogpunt.

The Curse of La Llorona is namelijk de zwakste schakel in deze ketting van horrorfilms. De problemen beginnen meteen bij de introductie van een eeuwenoude Mexicaanse legende, die verhaalt over een jonge vrouw die haar twee kinderen in de rivier verdrinkt en daarna zichzelf in de stroming werpt. Driehonderd jaar later (het leeuwendeel van de film speelt zich af in het jaar 1973) is de kwade geest van de vrouw nog steeds niet tot rust gekomen. Alle kinderen die haar horen huilen, kunnen zich maar beter goed verbergen, want La Llorona (vrij vertaald: 'de wenende vrouw') heeft haar zinnen gezet op nieuwe slachtoffertjes.

Zelfs moederlijke geesten hebben een motivatie nodig voor hun moordpartijen. En dat is precies waaraan het hier ontbreekt. Uit de volkslegende komt duidelijk naar voren waarom de vrouw in een vlaag van waanzin besluit om over te gaan tot kindermoord, maar in de openingsbeelden van The Curse of La Llorona moet de kijker het doen met een dansend gezin in een zonovergoten landschap, waarna de vrouw onmiddellijk tot haar misdaad overgaat. Het is een halfslachtige poging om een goedlopend verhaal te vertellen, want halverwege de film moet er alsnog een priester aan te pas komen om de ontbrekende puzzelstukjes op zijn plaats te leggen. Op zich is het uitsmeren van informatie en details over iemands verleden geen probleem, maar film is bovenal een visueel medium, dus het geniet de voorkeur om dergelijke zaken op z'n minst met flashbacks te verklaren en niet met behulp van een saaie, pratende man op een kerkbankje.

Overigens houdt de geest in de bruidsjurk er bijzonder ineffectieve methodes op na om het publiek schrik aan te jagen. Verstoppertje spelen onder een deken of de haren van haar slachtoffertje met shampoo wassen: niets is te gek voor deze dolende ziel. Bovendien rijst de vraag waarom zij zoveel omwegen nodig heeft om slachtoffers te maken. De helleveeg besluit om de kinderen op wie ze het heeft gemunt eerst te brandmerken, om vervolgens op een later moment terug te komen en ze dan alsnog over de kling te jagen. De manier waarop ze haar entree maakt is al net zo inspiratieloos: eerst laat ze een spiegel barsten en een paar tellen later staat ze ineens krijsend achter een van de hoofdpersonages. The Curse of La Llorona moet het vooral hebben van goedkope 'jumpscares', maar slaagt er niet in om een huiveringwekkende sfeer te creëren.

La Llorona is het meest actief in de nacht. Een pluspuntje is dat de makers de intervallen tussen twee opeenvolgende nachten steeds korter maken, waardoor de tweede helft van de film zich nagenoeg in het duister afspeelt. Op sommige momenten wordt de setting - een ouderwetse gezinswoning met veel deuren en gangen - nog best effectief benut. Regisseur Michael Chaves waagt zich zelfs een aantal keer aan een heus 'tracking shot', waarbij de camera actrice Linda Cardellini volgt terwijl ze de kamers van het huis doorzoekt. Cardellini is de bekendste naam op de aftiteling en haar spel is prima te pruimen, maar het zijn vooral die lange uithalen in haar typische horrorfilmschreeuw die bijblijven.

Halverwege voegt ook Raymond Cruz zich bij het gezelschap. Hij speelt een zogenoemde 'curandero', een heerschap dat zich bezighoudt met het verkennen van het grensgebied tussen wetenschap en religie. Klinkt interessant, is het niet. In de praktijk blijkt hij gewoon de zoveelste veredelde sjamaan die met wijwater, boomzaadjes en houten kruizen in de weer is. Gek genoeg brengt juist dit personage een aantal fouten in de interne logica van de film aan het licht. Waarom wil deze 'expert' de ramen van het huis dichttimmeren met houten planken, terwijl hij weet dat het strooien van vuurboomzaadjes veel effectiever is om de geest buiten de deur te houden?

Het gebrek aan logica begint The Curse of La Llorona vooral in de finale op te breken. Het schrijversduo Mikki Daughtry en Tobias Iaconis is simpelweg nog niet ervaren genoeg om het verhaal op soepele wijze naar een bevredigend einde te leiden. Zo verschijnt een van de vrouwelijke personages in het laatste kwartier nog even vluchtig in beeld om de gebeurtenissen in een bepaalde richting te sturen, maar daarna is ze ook weer net zo snel vertrokken. Er zijn te veel losse eindjes en de bestrijding van het kwaad is bovenal heel erg cliché. Hopelijk krijgt regisseur Michael Chaves voor The Conjuring 3 een sterker script om mee te werken, want als dit speelfilmdebuut maatgevend moet zijn voor toekomstige films, dan raakt het Conjuring-universum pas écht vervloekt.