Picciridda
Recensie

Picciridda (2020)

Dit intieme Italiaanse drama bekruipt je, om je vervolgens een paar flinke klappen te verkopen. Oliver Stone is fan.

in Recensies
Leestijd: 2 min 51 sec
Regie: Paolo Licata Scenario: Paolo Licata, Catena Fiorello Cast: Marta Castiglia (Lucia), Lucia Sardo (Maria), Ileana Rigano (Pina), Katia Greco (Rosamaria), Claudio Collovà (Saro), Tania Bambaci (Cettina), Federica Sarno (volwassen Lucia) e.a. | Speelduur: 99 minuten | Jaar: 2020

Achtergelaten. De ouders van Lucia zijn voor werk geëmigreerd naar Frankrijk. Haar broertje mocht meteen al mee, maar zij moet bij haar oma Maria op Sicilië blijven. En da's een taaie tante. Lucia wordt meteen aan het werk gezet in het huishouden, en oma stelt strenge eisen. Maar er is zeker ook bewondering voor Donna Maria, die haar eretitel met trots draagt. Ze is degene die de doden in het vissersdorp kleedt, voor het afscheid. Er is alleen één tak van de familie met wie Lucia niet mag praten: die van haar oudtante Pina.

Welke beginnende filmmaker droomt niet van een stempel van goedkeuring van een legendarische regisseur? Paolo Licata heeft met zijn regiedebuut iets aangewakkerd in Oliver Stone. Op het filmfestival van Taormina kwam de Amerikaan hem persoonlijk feliciteren, en nu prijkt zijn naam op de filmposter om Picciridda aan te prijzen als een "instant klassieker". Wat zou Stone toch zien in deze op het eerste oog vrij standaard vertelling van een 11-jarig meisje dat opgroeit in een armzalig Europees milieu?

Er zijn twee zaken die het meest opvallen aan Picciridda. Ten eerste is dat de manier van filmmaken helemaal niet zo sterk opvalt. Dit is geen overdreven mooifilmerij, maar vrij eenvoudig en functioneel camerawerk. Dat opent weer de weg naar het tweede wat opvalt: hoe sterk alle personages zijn uitgewerkt. In het dorp lopen best veel verschillende figuren waarmee Lucia contact heeft, en je weet van bijna iedereen aan het einde van de film precies wie ze zijn. Er zijn hooguit wat ooms en tantes die minder opvallen, zoals in het echte leven sommige familieleden er gewoon zijn. Die neem je voor lief als kind.

Deze sterke karakterisering is te danken aan een ijzersterk scenario, maar waarschijnlijk vooral aan de acteerprestaties van de cast, waarin oude en jonge talenten elkaar vinden. Kindacteur Marta Castiglia heeft als Lucia iets heel oprechts. Er zit understatement in haar gebaren en emotie, maar uit haar ogen lees je precies wat er in haar omgaat. En dat vormt een interessant contrast met Lucia Sardo, die als haar oma een hard masker ophoudt gedurende een groot deel van de film. 'De generaal' noemen andere familieleden haar, maar diep vanbinnen is ze net zo kwetsbaar als de rest.

Ook wordt de setting erg belangrijk gemaakt. De gele tinten geven dit kleine Sicilië een warmte mee, maar dit is ook een drukkende samenleving. Zeker voor de vrouwen die hier centraal staan. Iemand kladt 'dochter van een bastaard' op de schooltas van Lucia, en er wordt lange tijd oorverdovend gezwegen over de reden waarom Maria niets meer van haar zus moet hebben. En hier komt misschien om de hoek kijken wat Stone - die bekendstaat als een activistische filmmaker, een oproerkraaier - aantrekt tot dit verhaal.

Picciridda heeft namelijk nog een paar flinke stoten vol in je ribbenkast in petto. Vooral als je goed kunt meeleven met deze verzameling aan stevige vrouwelijke personages. Want, en dat zou je aan het begin misschien niet zeggen, dit is een verhaal over trauma. Zelfs de sterksten onder ons kunnen daar lange tijd onder gebukt gaan. Maar er zijn zeker ook manieren om daarmee om te gaan, en dit kleine Italiaanse drama verkent er meerdere.