'Bad Genius': verrassend strakke en spannende remake van een Thaise film
Recensie

'Bad Genius': verrassend strakke en spannende remake van een Thaise film (2024)

Zou als voorbeeld kunnen worden gebruikt voor beginnende filmmakers om te laten zien wat een basis zou moeten zijn.

in Recensies
Leestijd: 3 min 12 sec
Regie: J.C. Lee | Scenario: Julius Onah, J.C. Lee | Cast: Callina Liang (Lynn), Taylor Hickson (Grace), Jabari Banks (Banks), Benedict Wong (Meng), Samuel Braun (Pat), e.a. | Speelduur: 96 minuten | Jaar: 2024

Scenarist Robert Alberdingk Thijm botste ooit met iemand die aangaf dat de personages in zijn serie Waltz vervelende trekjes bezaten die ervoor zorgden dat niemand ze mocht. Thijm reageerde boos en stelde dat alle personages in films en series dan voortaan maar braaf moesten zijn. Onzin natuurlijk. Er zijn genoeg boeiende foute hoofdpersonages geweest, maar meestal wel door een klein lichtpuntje te tonen: Tony Soprano die in therapie gaat, Walter White die zijn gezin niet in armoede wil achterlaten. De makers van Bad Genius snappen dit.

Lynn krijgt de kans om naar een prestigieuze middelbare school te gaan. Al snel raakt ze bevriend met Grace. Wanneer ze haar met een examen ziet worstelen, besluit Lynn haar stiekem te helpen. Dit inspireert Grace tot een plan hoe Lynn dik kan verdienen door antwoorden door te spelen aan anderen, zoals haar broer en vrienden, die toch rijkeluiskinderen zijn. Lynn gaat akkoord, maar dit is nog maar het begin van iets dat steeds verder uit de hand loopt.

Hoe simpel en effectief kan een opzet zijn? Lynn en haar schoolgenoot Bank zijn de slimste en meest getalenteerde leerlingen, maar ook de enigen die financieel krap zitten. Als ze de toekomst willen waar ze van dromen en waar ze met hun talent eerlijk gezegd ook recht op hebben, dan hebben ze geld nodig. De luie, rijke leerlingen met minder intellectuele capaciteiten hebben dat geld en vragen om een dienst die alleen Lynn en Bank kunnen leveren.

Het is niet nodig om Lynn als een braaf engeltje neer te zetten. Deze opzet werkt perfect, en het is bizar dat nog steeds zo veel films en series hierin falen - zeker in Nederland. Bad Genius houdt dit concept tot het einde vast: het financiële conflict blijft een volstrekt acceptabele drijfveer voor Lynn en Bank om telkens een stap verder te gaan, zonder dat ze daardoor slechte of onsympathieke personages worden.

Voor een Amerikaanse productie is de titel nogal suf, maar de makers willen graag benadrukken dat dit een remake is van een gelijknamige Thaise film. Dit verklaart ook de Thaise namen die verschijnen tijdens de aftiteling. Toch lijkt de film bijna specifiek gericht op de VS. Wat zich binnen de schoolmuren afspeelt, weerspiegelt de bredere Amerikaanse samenleving: Lynn, van Aziatische afkomst, en Bank van Afrikaanse, zullen harder moeten werken dan de rest om hetzelfde te bereiken.

Visueel en technisch is de film geen uitschieter. De cinematografie, geluid en montage zullen geen aandacht trekken bij de Oscars, maar ondermaats mogen ze zeker niet genoemd worden. Ook niks te klagen over de jonge cast, hoewel niemand meer dan gemiddeld presteert. Alleen Callina Liang als Lynn ontstijgt het televisieniveau.
Halverwege ontpopt Bad Genius zich tot een heist-film. De frauderende studenten krijgen een groots doel voor ogen waarvoor ze een waterdicht plan moeten bedenken. De uitvoering is spannender dan verwacht en de druk op hun schouders is voelbaar. Wederom is volstrekt begrijpelijk waarom Lynn en Bank erin meegaan.

Dat overal een prijskaartje aan hangt, is een belangrijk dramatisch thema. Het wordt helaas wat ouderwets en clichématig uitgevoerd, met zielige pianomuziek. Best opmerkelijk gezien de betrokkenheid van gerenommeerd muziekproducent Marius De Vries. Het gaat ook te lang door, waardoor de sfeer wat deprimerend wordt. En zo'n ouder-kindmoment in de tienerkamerslaapkamer getuigt van opgedroogde inspiratie.

De meeste Nederlandse bioscoopbezoekers zullen niet bekend zijn met het origineel, en kunnen zonder vergelijkingsdrang genieten van een boeiende tienerfilm. Bad Genius bewijst maar weer eens dat een gigantisch budget geen vereiste is om een boeiende en spannende film te maken. De grootste kracht schuilt in het scenario, dat qua basiselementen simpelweg klopt. Ze zijn weliswaar niet altijd subtiel uitgewerkt, maar dat hoeft ook niet altijd.