The Wakhan Front
Recensie

The Wakhan Front (2015)

The Wakhan Front is een realistische film met bizarre trekjes, die laat zien hoe vreselijk oorlogen juist in hun ongrijpbaarheid eigenlijk zijn.

in Recensies
Leestijd: 2 min 20 sec
Regie: Clément Cogitore | Cast: Jérémie Renier (Bonassieu), Swann Arlaud (Lernowski), Marc Robert (Frering), e.a. | Speelduur: 100 minuten | Jaar: 2015

The Wakhan Front begint, voor een oorlogsfilm, op een hele normale manier. We zien een paar soldaten, gestationeerd op een afgelegen plek in de bergen, met een herdershond die ze gezelschap houdt. De soldaten vervelen zich – er gebeurt op hun post eigenlijk nooit wat. Totdat er een herdertje het strikt verboden gebied binnen komt gewandeld. En de soldaten onverwachts belaagd worden. En de hond op onverklaarbare wijze verdwijnt. Deze drie voorvallen zijn nog maar het begin van de vele onverklaarbare gebeurtenissen die zullen volgen.

Al snel daarna verdwijnt een aantal van de mannen van het peloton, een voor een, zonder spoor en soms binnen enkele seconden. Er worden direct verklaringen gezocht. De meest voor de hand liggende lijkt te zijn dat de verdwenen soldaten allemaal deserteurs zijn – maar eigenlijk weet iedereen wel dat dit niet zo is. De verdwenen strijders waren immers allemaal zo trouw als een hond. Zodoende start de zoektocht naar andere verklaringen. Een deel van het peloton gaat op onderzoek in het gebied. Het meest verdachte dat ze tegenkomen is een ijzeren paaltje. En als ze een keer worden 'aangevallen' blijkt dit een geit te zijn.

Het peloton weet er geen raad mee. De verwarring zaait twijfel in het kamp en wantrouwen jegens de ploeg. De mannen zijn onrustig, voelen zich niet meer veilig en beginnen het bewind van de sergeant te betwijfelen. De sergeant zelf is op zijn beurt gefrustreerd omdat hij “nog nooit een man is verloren!” Hij stuurt de aalmoezenier, die langskomt juist om de soldaten gerust te stellen, terug naar huis. De onderofficier nodigt eenieder die aan zijn bevel twijfelt uit om de priester te volgen. Zij die blijven, zullen onvoorwaardelijk naar hem moeten blijven luisteren. Het is een goede zet van de sergeant. De aarzelingen binnen het kamp lijken vervangen te worden door een zeldzaam soort vastberadenheid – maar of dit de verdwenen mannen terug zal halen, valt nog te bezien.

Hoewel er in The Wakhan Front maar weinig 'echte' oorlogsscènes zijn, waarin keihard gevochten wordt en bloed in het rond spat, weet regisseur Clément Cogitore (bekend van onder meer Visités en Bielutin – Dans le Jardin du Temps) de spanning er de hele honderd minuten in te houden. Door niet alleen de gebeurtenissen langzaamaan steeds gekker te laten worden, maar de mannen daarmee ook, blijft het puntje van de stoel bezet. En grappig is dat Cogitore hiermee eigenlijk juist de 'echte' oorlogsscènes laat zien. Oorlog is immers niet enkel schieten. Het merendeel van een dag binnen het leger bestaat uit wachten, onzekerheid, en ondanks dat toch gewoon doen wat je opgedragen wordt. En juist dat deel van het soldatenbestaan verdient misschien wel het meeste respect.