Wickie en de Schat van de Goden
Recensie

Wickie en de Schat van de Goden (2011)

Het tweede live-action Wickie-avontuur is te duidelijk bedacht door volwassenen, maar niet leuk voor kinderen.

in Recensies
Leestijd: 3 min 59 sec
Regie: Christian Ditter | Cast: Jonas Hämmerle (Wickie), Waldemar Kobus (Halvar), Valeria Eisenbart (Svenja), Nic Romm (Tjure), Christian Koch (Snorre), Patrick Reichel (Ulme), Olaf Krätke (Urobe), e.a. | Met de stemmen van: Ralph Mackenbach (Wickie), Ernst Daniël Smid (Halvar), Georgina Verbaan (Svenja), Jack Wouterse (Vreselijke Sven), Giel Beelen (Tjure), Frans Bauer (Ulme), e.a. | Speelduur: | 96 minuten | Jaar: 2012

De van oorsprong Duitse animatieserie Wickie de Viking heeft het slechts een jaartje volgehouden en is daarna nog vele malen op televisie herhaald. Hierdoor is de beeltenis van het roodharige jochie met de grote helm wereldwijd en ook bij de huidige jonge generatie bekend geworden. Pas na vijfendertig jaar werd het personage weer van stal gehaald voor een live-action verfilming. Dit had alles te maken met de aankoop van de rechten door de Vlaamse producent Studio 100. Het resultaat werd matig ontvangen, maar dat weerhield de makers er niet van toch een vervolg op de rails te zetten.

De tweede verfilming kreeg als titel Wickie en de Schat van de Goden mee en is weliswaar een Duitstalige productie, maar wordt in ons land alleen in de nagesynchroniseerde versie uitgebracht. Wickie klinkt dan opeens als kindsterretje Ralph Mackenbach en zijn vader, Vikingleider Halvar, als Ernst Daniël Smid. Er wordt gemakshalve maar vanuit gegaan dat de jeugdige doelgroep de achtergrond van Wickie al kent. Een gebrek aan kennis is echter nauwelijks een obstakel. Wickie is een opdondertje dat vaak voor meisje wordt aangezien. Als hij het allemaal echt niet meer weet komt hij op geniale ingevingen door drie keer langs zijn neus te wrijven. De verlegen Wickie wil graag de goedkeuring van zijn vader en is blind voor de smachtende blik van zijn verliefde blonde dorpsgenote Ylvie.

Het Vikingsjochie ondervindt dit keer vooral tegenstand van de meisjes en wel in de vorm van roversdochter Svenja die als slavin bij de Vikingen terechtkomt. In de openingsscène zien we Wickie tegen de lamp lopen als hij met zijn mede-Vikingen een karavaan van ridders probeert te overvallen. Hij belandt achter de tralies maar weet op slimme wijze weer te ontsnappen. Wickie krijgt na zijn mislukte actie een geheimzinnig boek in handen dat een schat in het Paleis van het Eeuwig IJs aanwijst. Vader Halvar heeft toevallig de sleutel van het bevroren ijspaleis om zijn nek. De Vikingleider wordt echter ontvoerd en zijn zoon Wickie wordt aangewezen als de nieuwe aanvoerder. Met de hulp van zijn dorpsgenoten gaat de jonge Viking op zoek naar zijn vader en de schat. Het is echter nog maar de vraag of Svenja aan zijn kant staat.

Bij jeugdfilms als deze moet je vooral proberen je te verplaatsen in de doelgroep. Die wordt dan ook voortdurend om de oren geslagen met de moraal ‘wie niet groot is moet slim en dapper zijn’. Het is wellicht wat afgezaagd, maar het is een waarheid als een koe waar de jeugd vast een goede boodschap aan heeft. Dit valt en staat echter met de uitwerking en die laat in het geval van Wickie en De Schat van de Goden veel te wensen over. Wickie is op zoek naar de goedkeuring van zijn vader en wordt voor de volwassen taak gezet om de missie naar zijn bevrijding te leiden. Met goede hoop en gepaste onzekerheid kwijt de jonge Viking zich van zijn taak. Wickie laat zich hierbij te veel leiden door de omstandigheden en toevalligheden en maakt hierdoor nauwelijks ontwikkeling door.

Op het visuele vlak doet het allemaal sterk denken aan de Franstalige Asterix-verfilmingen. Het ziet er allemaal vreselijk plat en cartoonesk uit, waardoor de emotionele aspecten van de personages totaal niet overkomen. De jeugd trapt echt niet in de kinderachtige manier waarop tegenstanders worden uitgeschakeld doordat ze tegen een schild lopen of doordat hun helmen tegen elkaar worden gedrukt. In de finale wordt nog een poging ondernomen in de buurt te komen van het eveneens Duitse The NeverEnding Story, maar voor deze vergelijking heeft Wickie echt te weinig in zijn mars. Dit uit zich vooral in de schamele uitwerking van de personages. Veel van de Vikingen die Wickie op zijn tocht vergezellen zijn dommige goedzakken die onderling compleet verwisselbaar zijn.

Zijn missie brengt Wickie langs een exotisch eiland en in bittere vrieskou. Toch zal de mond van de jonge kijker niet openvallen van verbazing. De grapjes zijn cliché en weinig origineel. Het spannendste is nog de dubieuze rol van Svenja, die eigenlijk dezelfde redenen voor haar acties heeft als de titelfiguur. Regisseur en producent hebben weinig inspanningen ondernomen om te rade te gaan bij hun doelgroep. De humor en het verhaal zijn opgetuigd vanuit het perspectief van een volwassene die wel even denkt te weten wat kinderen leuk vinden. Dat het eindresultaat er visueel wat armoedig uitziet was nauwelijks een punt geweest als deze tweede Wickie-film op de schrijftafel beter uitgewerkt zou zijn.