Recensie

Instant Family (2018)

Een mix van drama en komedie over een stel dat opeens drie pleegkinderen krijgt. Recht uit het hart, maar weinig koersvast.

in Recensies
Leestijd: 3 min 21 sec
Regie: Sean Anders | Cast: Mark Wahlberg (Pete), Rose Byrne (Ellie), Isabela Moner (Lizzy), Gustavo Quiroz (Juan), Julianna Gamiz (Lita), Octavia Spencer (Karen), Tig Notaro (Sharon), Margo Martindale (Sandy), Julie Hagerty (Jan), e.a.| Speelduur: 118 minuten | Jaar: 2018

Aspirerend vader Pete lijkt te denken dat het adopteren van een kind zo ongeveer gelijk staat aan het uitkiezen en ophalen van een puppy uit het asiel. Hij en zijn vrouw Ellie zijn dan ook gezwicht voor de druk van vrienden en familie om eindelijk eens aan de leg te beginnen. Maar waarom zelf een koter op de wereld zetten als er zo veel ongelukkige kids zijn die smachten naar een warm thuis? Een avondje 'sneue' gevallen bekijken op de laptop geeft de doorslag.

Het stel moet eerst op cursus om te zien of ze het pleegouderschap wel onder de knie kunnen krijgen. Daarna volgt wat je nog het beste kunt omschrijven als een braderie voor het vinden van een match met een pleegkind. Hun oog valt op de brutale tiener Lizzy die stellig van mening is dat niemand een puber in huis wil nemen. Als klap op de vuurpijl krijgen Pete en Ellie er ook nog eens Lizzy's broertje Juan en zusje Lita bij. Het kinderloze stel is opeens ouder van drie.

Het komische drama Instant Family vormt de vertaling van regisseur Sean Anders' eigen pogingen om een pleegkind te vinden en op te voeden. Hierbij wordt al vlot duidelijk dat als je van de één op de andere dag de ouders wordt van een drietal kinderen, je onmogelijk op deze taak voorbereid kunt zijn. Het stel heeft dan ook behoorlijk wat te stellen met de dwarse Lizzy, de onhandige Juan en de haast onuitstaanbaar verwende Lita.

Het is duidelijk dat de kinderen een behoorlijk trauma te verstouwen hebben. Hun natuurlijke moeder was verslaafd en zit in de bak. Maar Anders hinkt op twee gedachten door de gekozen lichtvoetige toon en voorvallen die komisch zouden zijn als ze niet zo schrijnend waren. Een komedie vol onderbroekenlol en opstandige kinderen is het niet, maar een doorwrocht gezinsdrama over de ernst van het onderdak bieden aan gebroken zieltjes evenmin. Daar zit best een boel tussenin, maar Anders weet hierbij niet altijd de juiste keuzes te maken.

Het blijft gissen wat Anders, toch vooral bekend als komedieregisseur, dan wél voor ogen moet hebben gehad en hoe dit relateert aan zijn eigen verhaal. Het valt hem te prijzen dat hij niet heeft gekozen voor de geijkte verhaalboog van misverstanden en ergernissen die uiteindelijk uitlopen op conflict als weg naar de verzoening. Het vestigen van de band tussen ouders en kinderen gebeurt grimmig en op een weg vol gaten en hordes.

Het sterkste punt van Instant Family is naast het uitstekende acteerwerk (zelfs van Mark Wahlberg) dat het soms best dicht tegen het dagelijkse leven vol ups en downs aan schurkt. De ene keer spelen de pleegkinderen de vermoorde onschuld en doen ze hun best iets van de nieuwe gezinssituatie te maken, om het een scène daarna voor zichzelf en hun omgeving compleet te verknallen. De echte pijn weet Anders alleen niet te vatten.

De opeenvolgende verwikkelingen zijn soms best realistisch, maar het lukt Anders niet om een heel genuanceerd en realistisch beeld van een gezin tegen wil en dank neer te zetten. Pogingen hiertoe, zoals een hereniging met de echte moeder en rechtszaken, worden weer net zo snel tenietgedaan door koddige bijfiguren in de vorm van doorgedraaide oma's en de andere gezinnen in het praatgroepje van Ellie en Pete. Anders wil een compleet beeld geven van de adoptieproblematiek, maar schiet alle kanten op.

En dan is er nog de ethische kwestie voor wie Pete en Ellie het nu eigenlijk allemaal doen. Willen ze de kinderen een echt thuis en geborgenheid bieden, of willen ze vooral zichzelf een goed gevoel verschaffen? Anders stipt het aan, maar pakt niet door. De metafoor van het huis dat de nieuwbakken ouders hebben gestript en van de fundamenten af weer opbouwen is geforceerd. Hetzelfde geldt voor het overdreven melodramatische feelgood-einde.