Dreamkatcher
Recensie

Dreamkatcher (2020)

Een vrouw en haar stiefkind worden in en rond een blokhut belaagd door bovennatuurlijke verschijnselen. Dat klinkt bekend...

in Recensies
Leestijd: 3 min 36 sec
Regie: Kerry Harris | Scenario: Kerry Harris, Dan V. Shea | Cast: Radha Mitchell (Gail), Henry Thomas (Luke), Finlay Wojtak-Hissong (Josh), Lin Shaye (Ruth), Jules Willcox (Becky) e.a. | Speelduur: 85 minuten | Jaar: 2020

Er is waarschijnlijk geen genre waarin films zo hevig vallen of staan met hun einde als horror. Uiteraard is elke ontknoping belangrijk voor het slagen van een film, maar je zult versteld staan hoeveel saaie opbouw een publiek bereid is te doorstaan wanneer het slotstuk de spanning opvoert naar een kookpunt. Zoals scenariogoeroe Robert McKee (weliswaar in gefictionaliseerde vorm) het in Adaptation al uiterst treffend omschreef: "You can have flaws, problems, but wow them in the end, and you've got a hit." Helaas is het omgekeerde ook waar: een film kan de hele tijd van alles goed doen, maar als het einde een enorme domper is, zal de kijker alsnog in frustratie de zaal de zaal verlaten. Dreamkatcher bewijst dat maar weer eens.

Want in alle redelijkheid: veel van de eerste twee aktes van Dreamkatcher kan er best mee door. Zo is er de goed werkbare premisse van een volwassen vrouw die met haar nieuwe vriend en diens zoontje een blokhut in de bergen betrekt zodat ze wat meer tot elkaar kunnen komen. Zoals gebruikelijk zit het jongetje totaal niet op deze stiefmoeder te wachten en klampt hij zich vast aan de herinnering van zijn dode moeder, die nota bene in deze vakantiewoning is gestorven. Maar daar blijkt de stevig in haar schoenen staande vrouw dankzij haar ervaring als kinderpsycholoog prima tegen opgewassen. De situatie wordt echter wat explosiever wanneer de vader de nieuwbakken stiefmoeder en het haatdragende zoontje samen alleen laat. Vooral wanneer blijkt dat de geest van de dode moeder nog vrij letterlijk rondwaart.

In de rol van stiefmoeder Gail zien we de Australische Radha Mitchell, die steeds meer begint te lijken op Charlize Theron. Maar waar haar Zuid-Afrikaanse evenbeeld een gevierde ster is die prestigieuze drama's afwisselt met het betere blockbusterwerk, is Mitchells acteercarrière blijven hangen op kleine rollen in grote films en grote rollen in kleine films. Dreamkatcher behoort tot de laatste categorie. En het moet gezegd: het is vooral Mitchells rol die de film enigszins het bekijken waard maakt. Haar sterke spel roept dan ook de vraag op waarom ze nooit de grote rollen in grote films heeft gekregen die ze verdient. Het antwoord van Hollywood is waarschijnlijk: "We hebben al een Charlize Theron." Aldus mag Mitchell haar talent aanwenden om wegwerpfilms als deze nog een beetje salonfähig te maken, maar helaas kan zelfs het beste acteerwerk een film niet redden van een matig script.

Het gegeven van stiefmoeder en kind die ver van de bewoonde wereld tegen hun zin met elkaar opgescheept zitten en belaagd worden door onverklaarbare verschijnselen zou moeten volstaan voor een solide horrorfilm. Of zelfs een excellente, zoals het enkele maanden geleden uitgekomen The Lodge bewees. Dreamkatcher heeft aldus de pech dat dit gras voor de voeten is weggemaaid door een vergelijkbare film die in alle opzichten superieur is. Bij ieder balletje dat Dreamkatcher opgooit, valt namelijk moeilijk te vergeten dat The Lodge datzelfde balletje met veel gratie wist te benutten voor een voltreffer. In The Lodge was nagenoeg elke scène een boeiend schouwspel; in Dreamkatcher zijn het louter scènes. Gewoon volgens het boekje gefilmd en gemonteerd, zonder iets bij de kijker los te (willen?) maken. Maar in principe zouden deze scènes best acceptabel zijn als ze ergens naartoe bouwen.

En dat blijkt uiteindelijk niet het geval. Oké, er is weliswaar een slotstuk, maar dit voelt meer als het laatste deel van een tweede akte. Het welbekende 'all is lost'-moment waarop de laatste narratieve horden worden genomen zodat de derde akte zich lekker soepel kan voltrekken. Maar nee, dit ís de derde akte. Hier moeten we het mee doen. Een erkenning van de bovennatuurlijke bedreiging, gevolgd door vijf minuten van milde horrortaferelen. En hup, einde; iedereen wegwezen. Daarmee wordt afgeklokt op vijf kwartier, maar vervolgens wordt nog bijna tien minuten met een bizar trage aftiteling tijdgerekt, zodat het oogt alsof Dreamkatcher toch een reguliere film is. Wanneer een film dusdanig cynisch eindigt kan van een kijker moeilijk worden verwacht dat hij daarbij een oogje toeknijpt omdat al het voorgaande nog best acceptabel was. Een vlucht is immers ook pas geslaagd wanneer de landing naar behoren is uitgevoerd.