Recensie

No Time to Die (2021)

De vijfde en laatste keer dat Daniel Craig in de huid van James Bond kruipt zorgt voor een lange, maar waardige afronding.

in Recensies
Leestijd: 4 min 7 sec
Regie: Cari Joji Fukunaga | Scenario: Neil Purvis, Robert Wade, Cary Joji Fukunaga en Phoebe Waller-Bridge | Cast: Daniel Craig (James Bond), Léa Seydoux (Madeleine Swann), Lashana Lynch (Nomi), Ralph Fiennes (M), Ben Whishaw (Q), Naomie Harris (Moneypenny), Rami Malek (Lyutsifer Safin), Christoph Waltz (Ernst Stavro Blofeld), Jeffrey Wright (Felix Leiter), Billy Magnussen (Logan Ash), e.a. | Speelduur: 163 minuten | Jaar: 2021

De Bond-films hebben altijd bol gestaan van de technische snufjes, vaak aangereikt door manusje-van-alles Q. Een bijkomend voordeel voor de producenten was dat de actiereeks een uitermate geschikt vehikel was voor al dan niet suggestieve productplacement. Geheim agent 007 is het ultieme reclamemodel voor gadgets die nog op de markt moeten komen. Toen kwam corona, waardoor de vijfentwintigste Bond meerdere keren werd uitgesteld. De oplossing om anderhalf jaar later dan gepland toch nog een beetje bij de tijd te blijven lag in digitale aanpassingen en reshoots om onder meer de mobieltjes van een Fins bedrijf te updaten.

Inmiddels zijn we er wel achter dat de realiteit en een pandemie haast angstaanjagender zijn dan welke menselijke fantasie dan ook. De serie moest het nooit hebben van geloofwaardige plots, maar de vijfde en laatste film met Daniel Craig maakt het wel erg bont door als voornaamste plotelement een nanovirus te introduceren dat uitgerekend door de Britse geheime dienst MI6 werd ontwikkeld. Dit Hercules-virus is in staat zich aan specifiek DNA te binden en zo heel selectief maar doeltreffend te werk te gaan. Je kunt er donder op zeggen dat 'de vijand' hier wel oren en ogen naar heeft en dat is dan ook precies wat er gebeurt wanneer het laboratorium waar het virus ontwikkeld is wordt opgeblazen en de verantwoordelijke bioloog wordt ontvoerd.

Bond, James Bond, is inmiddels met pensioen en brengt zijn tijd door met zijn vrouw Madeleine, die we al leerden kennen in de matige voorganger Spectre. James leidt een teruggetrokken leven in het adembenemende Zuid-Italiaanse Matera, dat zich dankzij deze film mag opmaken voor hele hordes toeristen. Wanneer Bond zijn eer wil betuigen aan een oude bekende blijkt dat hij zijn leven niet zeker is. Hij wantrouwt niet alleen zijn vrouw maar kan ook weinig anders dan ingaan op een verzoek van de CIA om zijn smoking weer aan te trekken. Ondertussen is in Londen een nieuwe 007 aangesteld en heeft voormalig baas M weinig zin om personeelszaken op te dragen om James Bond weer in de administratie op te nemen.

Wat al vanaf Casino Royale, alweer vijftien jaar oud inmiddels, duidelijk was is dat Craig met zijn vertolking van 's werelds bekendste geheim agent het personage nieuw elan heeft gegeven. De bonkige, ietwat horkerige acteur wist onverschrokkenheid en lef te combineren met een elegante vorm van gevoeligheid. Ook al mag de Bond-serie wel eens een wat modernere kijk op de rol van de vrouw etaleren, ze wierpen zich ook niet meer klakkeloos voor Bonds voeten, maar wisten hem ook op het emotionele vlak te raken. Even lijkt dit krachtige, menselijke element in No Time to Die naar de achtergrond te zijn verdwenen, maar het schrijversteam weet het op essentiële momenten weer naar voren te krijgen.

De laatste Bond met Craig in de hoofdrol schotelt ons weer een keur aan exotische en tot de verbeelding sprekende locaties voor variërend van zonnig Zuid-Italië tot besneeuwd Noorwegen en van Cuba en Jamaica tot een eiland in de Japans-Russische wateren. Wat al vanaf het teleurstellende Quantum of Solace helder werd, is dat de Bondfilms met Craig meer een eenheid vormen. We zien dan ook diverse acteurs dezelfde rol opnieuw vervullen en de geheimzinnige organisatie Spectre opnieuw opduiken. Nieuwkomer is slechterik Lyutsifer Safin die al in de in het verleden gesitueerde proloog zijn opwachting maakt. Ondanks zijn moeilijke huid - Bondschurken hebben vaak een fysiek ongemak- is hij niet de ultieme schurk van wie nou heel veel dreiging uitgaat.

Met Daniel Craig is James Bond vernieuwd en opnieuw op de kaart gezet. De vijf delen waarin hij zijn opwachting mocht maken vormen een mooi afgerond geheel. In No Time to Die, met bijna drie uur de langste Bondfilm van de vijfentwintig, laat Craig zien dat het om meer draait dan alleen mooie vrouwen die hij als wegwerpartikelen het bed in sleurt en Aston Martins met de modernste snufjes. Deze Bond heeft gevoel, wroeging en een geweten. De actiescènes, vooral die in Matera, zijn heerlijk over de top en een tikkeltje ongeloofwaardig zoals het hoort.

Het einde zal velen niet onberoerd laten, zoals dat ook gebeurde in Skyfall. Het heeft anderhalf jaar moeten duren, maar zoals Bond zelf al zegt: "we hebben alle tijd van de wereld", een mooi bruggetje naar het nummer van Louis Armstrong voor On Her Majesty's Secret Service. Bovendien kunnen we nu met enige zekerheid vaststellen dat elke oneven Bondfilm met Daniel Craig een topper is. Benieuwd wie het stokje gaat overnemen. Wat Craig betreft geen vrouw - al gooit Lashana Lynch hoge ogen - maar hopelijk wel een compleet ander type acteur. Voor nieuw elan.