Als men denkt aan belangrijke Nederlandse regisseurs komen namen als Paul Verhoeven, Dick Maas of Jan de Bont al snel boven. Een enkeling noemt Fons Rademakers, Bert Haanstra of Ben Sombogaart, maar Mike van Diem wordt vaak vergeten, ondanks dat hij in 1997 met Karakter de laatste Oscarwinnende Nederlandse speelfilm maakte. Met zijn nieuwe film Voor de Meisjes lijkt hij eindelijk terug.
Twee gezinnen raakten zo'n tien jaar geleden bevriend toen dochters Madelon en Elise speelmaatjes werden. Hoewel die eerste interactie stroef verliep, ontstond gaandeweg een hechte band. Uiteindelijk kochten de families zelfs samen een prachtig modern huis in de Oostenrijkse bergen, waar ze jaarlijks vakantie vieren. Hun vriendschap komt echter zwaar onder druk te staan wanneer hun dochters betrokken raken bij een dramatisch ongeval.
Elise belandt in coma, Madelon komt er goed vanaf, maar blijkt even later ook in levensgevaar: ze heeft een nieuw hart nodig. Laat er nou net een leeftijdgenoot in coma liggen met een geringe kans op herstel. De 'hechte' vrienden komen zo voor een onmenselijk dilemma te staan: red je het ene kind ten koste van het andere?
Dit uitgangspunt legt de Nederlandse filmcultuur treffend bloot. We zijn te nuchter voor komische Italiaanse melodrama's of zelfingenomen Franse praatfilms. Ook Hollywooddramatiek werkt om die reden slecht. Gelukkig biedt onze voorliefde voor zwarte humor vaak uitkomst. Dán werken onze films pas echt. Denk maar aan De Noorderlingen, Turks Fruit, Tirza, Flodder en ga zo maar door. Mike van Diem begrijpt dat en maakt van Voor de Meisjes bewust een oer-Hollandse film.
Het tragische verhaal speelt niet in op verdriet en hartverscheurende emoties, maar ontaardt in een hilarisch spel vol achterdocht, paranoia en manipulatie. Danny en Anouk proberen Erik en Gwen ervan te overtuigen dat Elise niet meer wakker wordt, zodat Madelon een donorhart kan krijgen. Dat gaat natuurlijk niet zonder slag of stoot, waardoor allerlei onderliggende problemen en spanningen in hun vriendschap bloot komen te liggen.
De schijnheiligheid en de vaak onsympathieke en apathische houding van de personages zijn een dankbare voedingsbodem voor de duistere humor. Danny is een passieve slapjanus, Anouk is schijnheilig tot op het bot, Erik leeft in zijn eigen wereld en Gwen schuift verantwoordelijkheden van zich af. Deze stereotiepe Nederlanders (en een Vlaming) zorgen voor pijnlijke humor en een flinke dosis zelfspot, waar smakelijk om te lachen valt.
Een goed voorbeeld van die lompheid is de ziekenhuisscène waarin de arts de namen van de kinderen door elkaar haalt en meteen gecorrigeerd wordt. Voor de ouders uiteraard een bijzonder pijnlijk moment, maar de dokter zegt zonder blikken of blozen "o, ja" en gaat verder met het opsommen van de medische details.
De cast verkoopt dit spel overtuigend, al ligt de theatrale acteerstijl de een wat beter dan de ander. Fedja van Huêt en Noortje Herlaar schitteren, maar overschaduwen hun tegenspelers. Thekla Reuten en Valentijn Dhaenens hebben zeker momenten waarop ze uitblinken, maar hun rollen passen minder goed bij de stijl die de film van ze vraagt.
Voor de Meisjes is zonder twijfel Van Diems beste film sinds Karakter, al lag de lat niet erg hoog: na zijn Oscartriomf maakte hij alleen het weinig imponerende De Surprise en Tulipani. Dit keer legt hij echter de essentie van de Nederlandse filmcultuur én inborst treffend bloot. Uniek, herkenbaar en ongemakkelijk grappig.