Trippel Trappel: Dierensinterklaas
Recensie

Trippel Trappel: Dierensinterklaas (2014)

Origineel en liefdevol gemaakt kinderavontuur. Zo kan een Sinterklaasfilm dus ook zijn.

in Recensies
Leestijd: 2 min 26 sec
Regie: Paco Vink | Cast (stemmen): Hans Somers (Fret), Reinder van der Naalt (Takkie), Georgina Verbaan (Kari), Kasper van Kooten (Rat), e.a. | Speelduur: 65 minuten | Jaar: 2014

Een naderende 5 december is voor de Nederlandse film vaak een slecht teken. Ieder jaar weer hetzelfde liedje: verschillende avonturen rondom het Sinterklaasfeest verschijnen in de bioscopen, de een nog zoutelozer en goedkoper gemaakt dan de ander. Bij gebrek aan beter slikken kinderen het allemaal voor zoete koek. Maar dit jaar moet dat anders gaan worden. Trippel Trappel: Dierensinterklaas voelt als een verademing. Deze kinderfilm is gemaakt met zichtbare liefde.

Een liefde voor animatie in de eerste plaats. De makers hebben teruggegrepen op het oude Disney, met een handgetekende stijl, dieren als personages en vrolijke liedjes in kleurrijke intermezzo’s. Regelmatig roept dat de sfeer van klassiekers op, ook omdat de makers elementen uit verschillende films over hebben genomen. Niet door een verhaal gemakzuchtig te kopiëren, maar met visuele verwijzingen. Dieren in Trippel Trappel lijken meer dan eens op Disneyfiguren uit films als de Aristokatten en Lady en de Vagebond, en het grote hol van een rijke rat heeft wel wat weg van de grot in Aladdin.

Jatwerk mag dat niet genoemd worden, aangezien de film zelf gedreven wordt door een origineel verhaal, vol met goed gevonden details. Uit Trippel Trappel spreekt namelijk niet alleen een liefde voor animatie, maar ook een liefde voor Nederland. Regisseur Paco Vink en zijn team maken overtuigend gebruik van oer-Hollandse tradities en taferelen om een eigen avontuur mee neer te zetten.

De makers introduceren een groep huisdieren in een typisch Nederlands havenstadje (denk Enkhuizen of Volendam). Een fretje zoeft vrolijk rond op een oude rolschaats, maar moet dan met lede ogen aanzien hoe het oude prul in de vuilnisbak verdwijnt. Hij zou eigenlijk wel een mooie raceauto willen. Kan hij die niet aan Sinterklaas vragen, zoals de mensen doen? ‘Sinterklaas is niet voor de dieren’, legt de hond uit, maar het fretje laat zich niet van de wijs brengen. Bepakt met een toiletrol waar alle dierenverlanglijstjes op staan genoteerd, vertrekt hij met een vogeltje en een wandelende tak richting de stoomboot.

Een tocht die - zoals je kunt verwachten - de nodige verrassingen met zich meebrengt. Zie bijvoorbeeld maar eens op het knopje van de oversteekplaats te drukken als je zo klein bent. En hoe komt het kleine dierengezelschap van een steile, besneeuwde helling af? Even later zien we de beestjes in een weggegooid bakje van de frietkraam naar beneden sleeën.

Waar anders dan in Nederland zou je zo’n tafereel kunnen zien? Uit meer details - zoals de origineel vormgegeven stoomboot - blijkt dat de makers van Trippel Trappel het hebben aangedurfd om te leunen op unieke Hollandse eigenschappen. Dat is iets wat überhaupt niet vaak voorkomt in de Nederlandse film. Het voelt vertrouwd en toegankelijk, ook omdat Disney nooit ver weg is in de animatiestijl. Een Sinterklaasfilm als deze willen we ieder jaar wel.