Populaire
Recensie

Populaire (2012)

Een amusante lichtvoetige Franse romkom die zich afspeelt in het Mad Men-tijdperk. De veelzijdige Déborah François is verrukkelijk als sneltikkende secretaresse.

in Recensies
Leestijd: 3 min 27 sec
Regie: Régis Roinsard | Cast: Déborah François (Rose Pamphyle), Romain Duris (Louis Échard), Shaun Benson (Bob Taylor), Bérénice Bejo (Marie Taylor), e.a. | Speelduur: 111 minuten | Jaar: 2012

De meisjes in het Frankrijk van de jaren vijftig hebben maar één wens: secretaresse in de grote stad worden. Dat is althans het beeld dat wordt geschetst in de Franse romantische komedie Populaire. De eenentwintigjarige kruideniersdochter Rose Pamphyle is zo'n meisje. Ze heeft er alles voor over om maar aan een saai en uitzichtloos bestaan als huisvrouw te ontkomen. In de etalage van de kruidenierszaak van het Normandische gehucht Lisieux staat een oude tikmachine waar ze stiekem op oefent. Tijdens haar sollicitatiegesprek in de stad loopt de aspirerend secretaresse tegen een leger van concurrentes aan, die allemaal het baantje van secretaresse bij assuradeur Louis Échard in de wacht hopen te slepen. Rose lijkt kansloos totdat ze Louis haar ongekende typesnelheid demonstreert.

Met veel vaart en de nodige humor stort haar nieuwe baas Rose in een competitie om ’s werelds snelste typiste te worden. Het begint met een simpel regionaal tikwedstrijdje, maar Parijs en uiteindelijk de wereldkampioenschappen in New York zijn het einddoel. Zelfs met alleen haar wijsvingers en haar tong uit haar mond tikt Rose een groot deel van haar tegenstanders naar huis, maar Louis vindt het niet snel genoeg. Ze krijgt pianoles van de vrouw van Louis’ beste vriend en Rose verft de nagels van haar vingers in verschillende kleuren om met tien vingers te leren tikken. De stap erop is blind leren tikken, maar de vraag is of Louis zijn pupil niet al te hard aanpakt.

De strenge aanpak roep soms thematische associaties op met het stoute Amerikaanse Secretary, maar dan zonder de sm. Voor het tijdsbeeld is Rose een verrassend geëmancipeerde vrouw die niet over zich heen laat lopen en al helemaal niet op haar mondje gevallen is. Ze laat zich door haar baas zeker niet als een simpele tikgeit behandelen. Na uitstekende dramatische vertolkingen in onder andere haar debuut L’Enfant en La Tourneuse de Pages is de hoofdrol in uitstekende handen bij Déborah François. De innemende jonge actrice laat in Populaire zien ook luchthartig en komisch spel op haar palet te hebben. Ze wordt hierin uitstekend gecontrasteerd door tegenspeler Romain Duris. Dat hun relatie verder gaat dan hun werk laat zich gemakkelijk raden. Dit vormt samen met een onaf zijplotje over een romance tussen Louis en de pianolerares het zwakste element van het verder zeer innemende Populaire.

De strijd van Rose wordt afgezet tegen het einde van de jaren vijftig waarin de commercie langzaam haar intrede doet. Populaire, genoemd naar de typemachine van de eerste sponsor van Rose, speelt zich af in het Mad Men-tijdperk, waarin bedrijven hun reclameactiviteiten probeerden te verleggen buiten de traditionele kranten en tijdschriften. De televisie duikt in steeds meer huiskamers op en geeft adverteerders zo de mogelijkheid om grote groepen consumenten te bereiken. Door de volledig doorgeschoten commercialisering van onze huidige maatschappij dringt de impact en noviteit van het adverteren in de vijftiger jaren niet helemaal tot je door. Het wordt er niet al te dik bovenop gelegd, wat kenmerkend is voor de algehele toonzetting van Populaire. Humor, dramatiek, bikkelharde competitie en de onvermijdelijke romantiek worden niet opgeblazen, maar mooi klein gehouden.

Regisseur Régis Roinsard dweept ongegeneerd met de esthetiek van de cinema uit de jaren vijftig. Soms mondt dit uit in een onmiskenbare hommage, bijvoorbeeld als Rose en haar baas zich in een hotelkamer bevinden en het rode en blauwe neonlicht hun gezichten verlicht. Het is een directe referentie naar de transformatiescène uit Hitchocks Vertigo, al was daar het neonlicht groen. Ook Rose komt net als Kim Novak uit de badkamer en zelfs de score doet denken aan die van Bernard Herrmann. De liefhebber van (de nadagen) van het gouden tijdperk van Hollywood zal bij dit soort referenties glimlachen. Toch probeert Roinsard niet slaafs de sfeer en setting van de jaren vijftig te kopiëren. Dit blijkt al uit de veel gewaagdere uitloop van bovengenoemde hotelscène. Populaire heeft bovendien genoeg eigen smoel en sluit wat tempo betreft beter aan bij de conventies van onze hectische tijd.