Boiling Point
Recensie

Boiling Point (2021)

In één onafgebroken shot borrelt deze totaal overspannen film naar een fenomenaal kookpunt.

in Recensies
Leestijd: 2 min 21 sec
Regie: Philip Barantini | Scenario: Philip Barantini en James Cummings | Cast: Stephen Graham (Andy Jones), Vinette Robinson (Carly), Alice Feetham (Beth), Ray Panthaki (Freeman), Jason Flemyng (Alistair Skye), e.a. | Speelduur: 95 minuten | Jaar: 2021

Oververhit en overspannen dendert deze film onophoudelijk door een restaurant tijdens kerst. Adempauzes zijn schaars. Alsof je net zelf overuren in de horeca hebt gedraaid, maakt de constant bewegende camera je lotgenoot van de zwoegende mensen in de keuken en bediening. Door de gekozen filmstijl weet Boiling Point inhoud en vorm samen te smelten tot een vurig en rusteloos geheel, want o ja, deze film bestaat uit één enkel shot.

Chefkok Andy Jones lijkt het kookpunt vanaf het begin al nabij. Hij is druk aan het bellen met leveranciers, zijn ex-vrouw en zijn zoontje. In de keuken loopt iemand van de Voedsel- en Warenautoriteit rond. Het is kerst, dus het belooft de drukste avond van het jaar te worden. En een beroemde tv-kok voor wie Andy vroeger gewerkt heeft, komt ook nog eens een hapje eten in het restaurant.

Andy ligt in een scheiding en lijkt het niet meer voor elkaar te krijgen om het restaurant fatsoenlijk te runnen. Het krachtige acteerspel van de gehele cast maakt de hoge druk waar iedereen onder staat zeer invoelbaar. Vooral Stephen Graham, die Andy speelt, blinkt uit. Sowieso heeft hij al de uitstraling van iemand die op het punt staat om in te storten vermengd met het charisma en de charme van een straatschoffie. De onrust, chaos en tegelijkertijd de wil om het goede te doen in zijn spel zijn fenomenaal.

Sinds Hitchcock met Rope (1948) voor het eerst de longtake als middel gebruikte om het tijdsverloop binnen de film synchroon te laten lopen met de 'echte tijd', hebben vele regisseurs geprobeerd om met een onafgebroken shot furore te maken. Recentelijk gebeurde dit nog in 1917 (2019), Utøya 22. juli (2018) en Victoria (2015). Regisseurs gebruiken het technische hoogstandje om te pronken met hun kunst, zonder al teveel inhoud mee te hoeven geven, of juist om grote historische verhalen extra gewicht mee te geven.

In Boiling Point dient het enkele shot met name de inhoud en vertelt het in essentie het kleine verhaal van een man die zijn uiterste best doet om niet over te koken. Doordat de camera steeds een ander personage volgt en zich schokkerig door de ruimte beweegt stuwt hij het verhaal voort van het ene conflict naar het andere. Er is geen rust, voor de acteurs noch de kijkers.

De derde akte forceert iets teveel verhaallijnen in het verhaal, maar het past ook wel bij een film die totaal aan het overkoken is. Boiling Point is veel meer dan een filmgimmick en zuigt je in een burn-out van vijfennegentig minuten lang. Zelfs de beste thrillers slagen er niet in om zo'n gespannen sfeer neer te zetten als deze stomende, borrelende en kokende zenuwinzinking.