Na het succes van de hartverwarmende natuurdocumentaire My Octopus Teacher verplaatst regisseur Pippa Ehrlich haar camera van de oceaanbodem naar de savannes van Zuid-Afrika. Wederom legt ze de bijzondere band vast tussen mens en dier, met ditmaal de verlegen termieteneter Kulu in het vizier. Zijn reis terug de natuur in volgt strak het format van een betrokken National Geographic-programma, dat er niet vies van is meermaals het hart van de kijker te doen smelten voor een schattig, uitstervend diertje.
Termieteneters, in het Engels bekend als 'pangolins', behoren tot een van de oudste dierensoorten op aarde. Een vreemde mix tussen een stekelvarken en een miereneter met puppyogen, die vooral gewild is om zijn schubben. De geïndustrialiseerde zwarte markt voor traditionele Chinese medicijnen zorgt voor een systematische uitroeiing van de termieteneter. Het zou dus zomaar kunnen dat er binnen twintig jaar tijd een einde komt aan de miljoenen jaren dat het beest al op aarde rondscharrelt.
Ehrlich komt tijdig met een documentaire over het bijzondere diertje, dat volgens lokale mythes de brenger van regen en geluk is. De mensen in de film hebben stuk voor stuk nog nooit een termieteneter in het wild gezien; enkel in de dierenopvangcentra mogen ze het schuchtere beestje aanschouwen. Het verhaal begint met de redding van termieteneter Gijama ('renner' in het Zoeloe), later hernoemd als Kulu ('relax'), uit de handen van smokkelaars. Vrijwilliger Gareth Thomas neemt het jong onder zijn hoede en helpt hem op eigen poten te staan in het natuurreservaat Lapalala in Zuid-Afrika.
Kulu's rehabilitatie gaat met vallen en opstaan, en de groeiende band tussen Thomas en Kulu lijkt twee kanten op te gaan. Maar laat duidelijk zijn dat Kulu de lieveling van de camera is: het grootste deel van de documentaire struinen we achter hem aan en volgen we zijn moeizame pubertijd. Ook zijn slachtofferschare aan mieren en termieten krijgt voldoende schermtijd, aangevuld door de uitleg van mierenexpert Caswell Munyai. Daarnaast zien we Kulu spelen, eten, leren, wegrennen, en ga zo maar door. Soms voelt het eerder alsof we kijken naar een feelgoodcompilatie in plaats van het herstel van een getraumatiseerd dier.
Met veel oogstrelend stockmateriaal wordt Pangolin: Kulu's Journey opgetuigd tot een groots verhaal over een klein beestje. Thomas laat geregeld een paar tranen en knuffelt erop los, en stelt zo het voorbeeld voor de kijker om vertederd van Kulu's reis te genieten. Maar hoe verwacht je dat een dier weer wild kan worden als hij steeds door een cameracrew wordt gestalkt? De documentaire heeft een belangrijke boodschap, maar de vraag blijft in welke mate Kulu als écht wild dier in plaats van knuffelbeest er iets aan heeft gehad.
Pangolin: Kulu's Journey is te zien bij Netflix.