Vidkun Quisling collaboreerde met Nazi-Duitsland en sindsdien staat zijn achternaam in de woordenboeken als synoniem voor verrader. Regisseur Erik Poppe filmde eerder de Noorse koning tijdens de Tweede Wereldoorlog (in The King's Choice) en volgde in Utoya: July 22 de slachtoffers van de door Anders Breivik gepleegde massamoord. Nu bestudeert hij met Quisling: The Final Days de notoire Noorse fascist. Priester Peder Olsen krijgt de opdracht hem bij te staan tijdens diens laatste maanden voor executie. Terwijl Quisling volhoudt niets verkeerd te hebben gedaan, worstelt de priester met zijn eigen schuldgevoelens over de oorlog.
Als karakterstudie vloeit de film soms zo associatief als Terrence Malicks A Hidden Life. Quisling cirkelt nors om Olsen heen in de krappe ruimtes, vol in de verdedigingsmodus over zijn acties. Het groen van de muren voelt benauwend dankzij de weerkaatsende belichting. Terwijl de camera zich vaak van onder op de strakke gezichten richt. Zo verandert de gevangenis in een unheimisch decor om zonden te overdenken. Het sobere interieur legt de nadruk als vanzelf op de dynamiek tussen de twee, waarbij kleine momenten als het aannemen van een puntenslijper hun langzame toenadering onderstrepen.
Wie de feiten rondom Quislings collaboratie erbij pakt, kan moeilijk anders dan hem veroordelen. Poppe geeft samen met acteur Gard B. Eidsvold de verrader echter een menselijk gezicht. Het doet denken aan het Auschwitz-museum, dat een keer op Twitter stelde dat niet monsters, maar mensen de gruwelijke daden pleegden. Door dat besef start het onderzoek naar de redenen daarvoor en wat iemands eigen aandeel erin is. In Quisling: The Final Days voelt de woede die veel personages richten op de verrader daardoor als projectie, doordat bijvoorbeeld Olsen zelf ook kampt met een zwarte pagina.
Toch grijpt dit portret over collaboratie te weinig aan om dat inzicht te laten dalen. Quislings laatste maanden voelen zo rechtlijnig verfilmd als de man zelf, die continue roept dat hij het juiste deed voor Noorwegen. Het komt bedacht over als Olsen zowel aan begin als eind hetzelfde Bijbelverhaal aanhaalt, ook al is de film gebaseerd op zijn dagboek. Opzichtig bouwt de film naar het verwachte moment van catharsis, als voor even het harnas breekt. Paradoxale feiten halen daarom weinig uit, zoals dat Quisling in zijn vroege leven humanitaire hulp gaf tijdens een hongersnood in Rusland.
Dat feit vertelt zijn loyale Oekraïense echtgenote Maria. Ze lijkt echter louter te bestaan voor de historische duiding. Net als een zijn haat niet verbergende wachter, of de vele afkeurende gezichten of met vlaggen juichende menigtes na de bevrijding, die Poppe door de karakterstudie heen snijdt. Het leidt af van de psychologische kern. Beelden van de rechtszaak dienen vooral voor weer een verweerschrift van Quisling of wat biografie van een getuige. Net als Der Untergang informeert Quisling: The Final Days zo getrouw dat de thematische uitwerking summier aanvoelt. Poppe verbreedt het verhaal over een collaborateur, maar versimpelt daarmee de figuur zelf.