Resident Evil: After Life 3D
Recensie

Resident Evil: After Life 3D (2010)

Visueel overweldigend spektakel is inhoudelijk bijna gênant leeg.

in Recensies
Leestijd: 2 min 27 sec
Regie: Paul W.S. Anderson | Cast: Milla Jovovich (Alice), Ali Larter (Claire Redfield), Shawn Roberts (Albert Wesker), Wentworth Miller (Chris Redfield), e.a. | Speelduur: 98 minuten | Jaar: 2010

Milla Jovovich, vijfendertig jaar jong en nog altijd een prachtige vrouw, is dé ster in de Resident Evil-reeks. Na Resident Evil in 2002, R.E.: Apocalypse in 2004 en R.E.: Extinction in 2007 is er nu deel vier R.E.: Afterlife 3D. Met het 3D-camerasysteem van James Cameron kon schrijver, producer en regisseur Paul W.S. Anderson helemaal los gaan. En dat kan deze verder middelmatige regisseur als een van de beste.

Alice is in dit vierde deel nog altijd op zoek naar overlevenden van het T-virus. Ze zet haar strijd tegen zombies voort en de Umbrella Company werkt haar nog altijd tegen. Dit keer in de vorm van aartsvijand Albert Wesker. In het geruïneerde Los Angeles ontdekt ze verschillende overlevenden die sinds het uitbreken van het T-virus zijn ondergedoken of zich hebben opgesloten in een gevangenis. Samen gaan ze de strijd aan met een groot scala aan zombies die als paddenstoelen uit de grond blijven schieten.

Regisseur Anderson filmde Resident Evil: Afterlife 3D met het geavanceerde Fusion Camera System dat James Cameron ontwikkelde voor Avatar. Dat is ook duidelijk te zien aan de kwaliteit van de 3D-beelden. De overtallige computereffecten zijn daarbij ook van hoog niveau. Met name in het begin van de film word je als kijker overrompeld door indrukwekkende beelden waarbij de wetten van de zwaartekracht niet lijken te gelden. Een mooi voorbeeld is een shot waarbij vanuit het heelal tot op close-upniveau op een persoon wordt ingezoomd.

Helaas neemt Anderson het ook in het verhaal niet zo nauw met de natuurwetten, zoals wanneer er gezwommen, gesprongen of gevlogen moet worden. Het mag de pret niet drukken want de Resident Evil-reeks is immers op een populaire game gebaseerd en de film komt met al het visuele geweld (zowel qua beelden als montage) heel aardig in de buurt van een game-ervaring.

Toch biedt de film ook geen haar meer dan een visueel overdonderende ervaring. Regisseur Anderson is helaas geen groot talent als het aankomt op subtiliteit en inventiviteit, zoals eerder al bleek bij films als Soldier (1998) en Death Race (2008). Zijn kwaliteiten als regisseur worden misschien het best samengevat met deze quote van een collega recensent: “Paul W.S. Anderson heeft de subtiliteit van een stomp in je gezicht”. Dat wil zeggen: een extreem groot deel van de beelden voltrekt zich in slowmotion waarbij er voortdurend water rondspuit en harde rockmuziek klinkt.

Een ander kenmerk van games werd ook overgenomen: er verschijnen personages die vervolgens als sneeuw voor de zon weer verdwijnen en het verhaal is zo onvoorstelbaar simpel en plat dat je je bijna gaat afvragen waarom ze niet gewoon een tiental actiescènes achter elkaar hebben geplakt. Resident Evil: Afterlife 3D pretendeert gelukkig ook weinig inhoud te bieden en dat is ook precies wat je kunt verwachten: verstand op nul en gaan.