Prince of Persia: The Sands of Time
Recensie

Prince of Persia: The Sands of Time (2010)

Exotische paleizen, spectaculaire stunts en magische zandstormen: Prince of Persia is een amusante start voor een mogelijk succesvolle franchise.

in Recensies
Leestijd: 4 min 1 sec
Regie: Mike Newell | Cast: Jake Gyllenhaal (Dastan), Gemma Arterton (Tamina), Ben Kingsley (Nizam), Alfred Molina (Sjeik Amar), Toby Kebbell (Garsiv), Richard Coyle (Tus), Ronald Pickup (Koning Sharaman), Steve Toussaint (Seso), e.a. | Speelduur: 116 minuten | Jaar: 2010

Als er iemand is die het geheim achter een succesvolle blockbuster kent, dan is dat zonder twijfel Jerry Bruckheimer. In 2003 klopte de producent immers miljoenen uit een filmbewerking van een populaire Disneyattractie. was een regelrechte hit en met twee vervolgdelen werd een schip met goud binnengehaald. Een vierde film staat inmiddels op de planning voor volgend jaar. Tot die tijd verruilt Bruckheimer met de oceaan voor woestijngebied. Gebaseerd op de gelijknamige reeks platformgames belooft in elk geval een hoop spectaculaire stunts, exotische paleizen en magische zandstormen. Of de Perzische prins net zo populair gaat worden als de schmierende Jack Sparrow valt nog te bezien. is wél alvast een amusante start voor een mogelijk succesvolle franchise.

In het oude Perzië (het huidige Iran) doet een leger een inval in een ommuurde stad, in de veronderstelling dat men daar een massavernietigingswapen(!) heeft verborgen. Het onheilswapen in kwestie is een dolk met een juweel onderaan het heft. Het indrukken van dat juweel zorgt ervoor dat degene die de dolk vasthoudt luttele seconden terug in de tijd kan gaan om het verloop van zijn eigen geschiedenis te veranderen. Zonder het magische zand uit de titel kom je echter niet ver.

Bij toeval komt de dolk in handen van Dastan, die als straatschoffie werd geadopteerd door koning Sharaman en sindsdien als een prins in zijn paleis vertoeft. Tijdens de viering op de net overwonnen stad Alamut gaat het mis. De koning wordt met een gifmantel vermoord en Dastan wordt door zijn oom Nizam als schuldige aangewezen. De Perzische prins slaat op de vlucht, samen met de beeldschone prinses Tamina, die tevens hoedster blijkt te zijn van het magische wapen. Maar Nizam wil meer: met de dolk en een berg tijdzand wil hij de wereld in een armageddon storten en zo zijn eigen geschiedenis veranderen. Een groep Hassansins (die de “kunst van de snelle dood” verstaat) wordt achter het tweetal aangestuurd om ze te doden; Dastans tijd begint te dringen.

Jake Gyllenhaal kweekte voor zijn rol een flinke bonk spieren en een indrukwekkende torso. Niet eerder rustte een (actie)film zo op zijn schouders, als in het geval van , waarin hij de titelheld op spectaculaire wijze vertolkt. Hoewel hij niet over een eenzelfde soort komisch talent beschikt als bijvoorbeeld Johnny Depp, blijft Gyllenhaal gedurende de film een aangename verschijning. Dat zal voor een deel ook liggen aan de prima chemie tussen hem en Gemma Arterton. Het verplichte getouwtrek tussen Dastan en Tamina verzorgt de film zo op gezette tijden van de nodige luchtigheid. Arterton geeft zich na en opnieuw schijnbaar moeiteloos over aan de regels van de blockbuster, iets wat haar goed afgaat. Opmerkelijk is dat Ben Kingsley als schurk Nizam minder prominent in beeld verschijnt dan je zou verwachten, waardoor zijn boosaardige personage niet helemaal tot volle wasdom komt. Aan zijn acteerkwaliteiten ligt dat overigens niet. De komische noot wordt verzorgd door Alfred Molina, die als dubieuze sjeik zijn suïcidale struisvogels koestert. Een grappig bijrolletje in een film waar nog wel iets meer humor in had mogen zitten.

Het zal niemand verbazen dat perfect past binnen dat typische Bruckheimer-universum, waar nou eenmaal een handvol vaste ingrediënten de regels bepaalt: exotische locaties, spectaculaire stunts en groots opgezette special effects. Regisseur Mike Newell, die eerder maakte, smeedt deze componenten tot een gameverfilming, maar het is de vraag in hoeverre de regisseur de vrijheid heeft gehad om een eigen stempel op te drukken. De film mist te veel een eigen gezicht. Grootste makke is dat de makers te strak en te overduidelijk een vooraf bepaalde succesformule willen volgen, dat de film weinig verrassend is en op sommige punten zelfs creatief doodslaat. Een voorbeeld daarvan is de manier waarop de werking van de magische dolk aan de kijker wordt uitgelegd in een houterige dialoog.

Gelukkig heeft de artdirection zich behoorlijk uitgeleefd, waardoor op het sprookjesachtige uiterlijk van de film weinig aan te merken valt. In het heetst van de strijd worden er ook nog eens free running, slowmotion en een dynamische cameravoering tegenaan gegooid. Het zijn deze scènes die ervoor zorgen dat het sterkst aan zijn originele bronmateriaal doet denken; liefhebbers van het spel zullen zich dus ook uitstekend vermaken met de filmversie. is een amusante start voor een mogelijk succesvolle franchise, maar het entertainmentniveau van de eerste -film heeft de Perzische prins nog niet bereikt.