Freedom Writers
Recensie

Freedom Writers (2007)

Als je je door de nodige clichés heen kunt werken, kun je redelijk genieten van een sympathieke feelgood film.

in Recensies
Leestijd: 2 min 58 sec
Regie: Richard LaGravenese | Cast: Hilary Swank (Erin Gruwell), April Lee Hernandez (Eva), Imelda Staunton (Margaret Campbell), Jason Finn (Marcus) e.a. | Speelduur: 123 minuten | Jaar: 2007

Een idealistische blanke vrouw wordt lerares op een school met kansarme jongeren uit een gevaarlijke wijk in de binnenstad. In het begin wordt ze niet geaccepteerd door haar (veelal gekleurde) leerlingen, maar gaandeweg krijgt ze door hoe ze het respect van de scholieren kan winnen en slaagt ze erin hen te inspireren tot het maken van schoolwerk en het halen van goede cijfers. Een synopsis van Dangerous Minds uit 1995? Ja. Maar ook van Freedom Writers uit 2007. En de gelijkenis houdt daarmee niet op.

Beide films zijn op een waargebeurd verhaal gebaseerd, en in beide gevallen speelde dat zich in de eerste helft van de jaren negentig af. In beide films wordt een aantal clichés opgediend, dat sinds Blackboard Jungle uit 1955 bijna altijd vaste prik is. Maar Freedom Writers is meer dan alleen maar een aaneenschakeling van platgetreden paden en dooddoeners. En tijdens de momenten waarop het boven het gemeengoed uitstijgt, is het zowaar een inspirerende, ontroerende en zelfs hoopgevende feelgood film.

Kort na het ‘Rodney Kingincident’ in 1992 en de daarop volgende dagenlange (rassen)rellen start Erin Gruwell als lerares op een door de staatsoverheid gedwongen multiculturele school in Los Angeles. Daar ontdekt ze milieus die door ras worden bepaald en waarin moord en bendeoorlogen aan de orde van de dag zijn. Haar klas neemt haar vrolijke houding en naïeve ideeën over onderwijs totaal niet serieus. Maar na een tijd krijgt ze door hoe ze de jongeren moet benaderen en slaagt ze erin hen dichter bij elkaar te brengen en een academische carrière te laten ambiëren.

Met behulp van onder andere het dagboek van Anne Frank brengt ze de leerlingen iets bij over onder andere de holocaust en de gevolgen van racisme, en verschaft hen meer inzicht in hun eigen situatie. Maar het belangrijkste wat Erin doet, is dat ze iedereen een dagboek bij laat houden, waarin ze hun levenservaringen moeten beschrijven. Deze verhalen worden later gebundeld in een boek, in werkelijkheid één van de bronnen voor deze film. De kinderen die in het klaslokaal uitstijgen boven het racisme en de bendementaliteit, zijn de ‘Freedom Writers’, een woordspeling op ‘Freedom Riders’, een groep zwarten en blanken die in 1961 samen in één bus door de Verenigde Staten trokken om hun gelijkheid te demonstreren.

Deze persoonlijke verhalen over onder andere bendes, een raciaal gemotiveerde moord en een eenzaam leven in een leegstaande container geven de film zo nu en dan een eigen gezicht. Het begin wordt zelfs geheel vanuit een van de jonge personages verteld, inclusief een voice-over van deze Eva, de dochter van een bendehoofd dat meteen gearresteerd wordt. Haar verhaal, in geweld en bloed gedrenkt, is samen met dat van Marcus, die door zijn moeder op straat werd gezet toen zij erachter kwam dat hij in een bende zat, het emotioneel sterkste deel van de film. De privésores van de lerares, een wankelend huwelijk en een moeizame relatie met haar vader, vallen daarbij in het niet en zijn eigenlijk overbodig. De enige reden dat deze scènes niet alle tenen in de zaal zullen doen krommen is het (zoals bijna altijd) sterke spel van Hilary Swank.

Ook de tieners, die door de producenten voor de film letterlijk van de straat werden geplukt, staan hun mannetje in wat voor velen een sterk debuut is. Als je je door de nodige clichés heen kunt werken, kun je redelijk genieten van een sympathieke, licht hoopgevende en inspirerende feelgood film.