Out Stealing Horses
Recensie

Out Stealing Horses (2019)

Vlak voor de millenniumwisseling overpeinst een oudere Noor (Stellan Skarsgård) noodgedwongen zijn verleden.

in Recensies
Leestijd: 2 min 57 sec
Regie: Hans Petter Moland | Scenario: Hans Petter Moland, Per Petterson |Cast: Stellan Skarsgård (Trond), Bjørn Floberg (Lars), Tobias Santelmann (vader Trond), Danica Curcic (moeder Jon) | Speelduur: 123 minuten | Jaar: 2019

Out Stealing Horses is de Noorse Oscarinzending van dit jaar. De film kent soortgelijke karaktertrekken als eerdere Scandinavische inzendingen (The Square, Jagten en A Royal Affair) en straalt internationale allure uit. Publiekslieveling Stellan Skarsgård vertolkt de hoofdrol in deze boekverfilming van de succesvolle Noorse romancier Per Petterson.

Skarsgård, zoals vaker, kan met gemak een scène intensiveren zonder al te veel hulpmiddelen of andere tegenspelers. Des te beter komen zijn kwaliteiten tot hun recht in een afgelegen, maar toch ook weer idyllisch dorpje ergens in het ijskoude noorden van Noorwegen. Daar maakt hij zich klaar voor de millenniumwisseling. Het plan is om zich - moederziel alleen - flink te bezatten. Toch schuilt in die gedachte geen pure eenzaamheid of zwakte. Eerder een zelftevredenheid met een tikkeltje onverschilligheid. Dat is de optelsom van Tronds bestaan op die dag. Een mensenleven dat hij het liefst stilletjes achter zich zou willen laten in de eeuw die over niet al te lange tijd leegloopt in de nieuwe.

De toevallige komst van een oude bekende laat Trond echter zijn eigen levensverhaal herbeleven. Terwijl de laatste momenten van de eeuw verstrijken, overpeinst Trond noodgedwongen enkele fragmenten uit zijn verleden. Met diepe, levendige herinneringen (lange flashbacks, scherpe geluiden en oog voor detail) worden saillante momenten uit Tronds jeugd naar boven gehaald. Momenten die hem bijblijven, dwarszitten en tot op de dag van vandaag badend in het zweet wakker maken. Dan weer volgens een coherente logica, de andere keer weer flitsend en razend: het leven van einzelgänger Trond is levendiger dan ooit.

Vooral zijn jeugd. Toen hij de zomer doorbracht in het bos met zijn vader die daar hout kapte en bewerkte. Of toen hij met zijn vriend Jon in hoge bomen klom en samen paarden ging stelen. En die keer dat hij onverbloemde blikken uitwisselde met de moeder van Jon. Het zijn losse verledens en tragedies die Trond begrijpelijkerwijs aan het hart liggen, maar lang niet even aangrijpend zijn voor een buitenstaander. Een verklaring daarvan is deels te vinden in de openingszin van Charles Dickens' David Copperfield, een boek dat nota bene wordt aangehaald door Trond: "Whether I shall turn out to be the hero of my own life, or whether that station will be held by anybody else, these pages must show".

Out Stealing Horses gaat namelijk niet alleen over Trond, maar ook over alles en iedereen om hem heen. Trond bestudeert zijn eigen jaarringen (hout is een terugkerend thema: gekapt hout, geschaafd hout, drijvend hout, ondergesneeuwd hout). Door actief al deze lagen, met bijbehorende randverhalen, aan te boren wisselt regisseur Moland nogal abrupt van sfeer, tijd en verhaal. Deze zijn lyrisch, somber, maar nooit loodzwaar. Toch zijn die beelden en fragmenten uit Tronds eigen levensboom - om maar met de taal van de film te spreken - dusdanig persoonlijk en specifiek dat ze daardoor ook minder overdraagbaar zijn.

Daartegenover staan de visuele verrassingen die Out Stealing Horses laat zien: de bossen, de weiden en het mooie waterlandschap kleuren de film op prachtige wijze in. Tronds gedachtes en herinneringen stromen over diezelfde wateren en klimmen in diezelfde bomen. Zijn overpeinzingen gaan kalmpjes over in de natuur en dat maakt het geheel melancholisch en mooi. Ook al speelt Trond misschien niet de hoofdrol in zijn eigen leven: verbitterd is hij nooit, want hij beslist zelf wanneer die herinneringen hem pijn doen en wanneer niet.