De Hel van '63
Recensie

De Hel van '63 (2009)

Matige verfilming van de helse Elfstedentocht van 1963 komt gedateerd en knullig over, ondanks de goede bedoelingen van de makers.

in Recensies
Leestijd: 3 min
Regie: Steven de Jong | Cast: Chris Zegers (Kees Ferwerda), Cas Jansen (Henk Brenninkmeijer), Chava voor in ’t Holt (Annemiek), Lourens van den Akker (Sjoerd Lelkama), Chantal Janzen (Dieuwke), Cees Geel (sergeant-korporaal Hoeks), Pierre Bokma (commissaris van de koningin Harry Linthorst Homan), Willeke van Ammelrooy (moeder Will) e.a. | Speelduur: 100 minuten | Jaar: 2009

Het begin van De Hel van ’63 is ronduit matig. Houterige dialogen, slecht acteerwerk, weinig subtiliteit: niks nieuws onder de Nederlandse zon dus. Dat irriteert in het eerste half uur, maar naarmate de film vordert en de personages dan eindelijk het ijs opgaan, gebeurt er iets vreemds: die houterigheid begint iets charmants te krijgen. Hoewel de kwaliteit van de film er niet door verbetert, zorgt die kneuterigheid er wel voor dat De Hel van ’63 een sympathieke, haast aandoenlijke film wordt. Goed is hij niet, maar ach, ze doen zo hun best.

Regisseur Steven de Jong grijpt met De Hel van ’63 weer eens terug op eenvoudiger tijden, zoals hij met films over de schippers van de Kameleon en de scheepsjongens van Bontekoe ook al deed. Nostalgische verhalen die zo uit een jongensboek lijken geplukt. Dit nieuwe hoofdstuk gaat over de Elfstedentocht van 1963, die de boeken in ging als de zwaarste ooit verreden. De weersomstandigheden waren extreem slecht en het ijs vertoonde veel barsten en scheuren. Toch besloot de organisatie de tocht door te laten gaan, wat tot gevolg had dat slechts een op de honderd deelnemers de finish bereikte; nog steeds een dieptepunt in de geschiedenis van de Elfstedentocht.

Steven de Jong concentreert zich in zijn film niet zozeer op de wedstrijdschaatsers als wel op wat daarachter gebeurde. De film richt zich op vier toerrijders, allen met een eigen verhaal. De een rijdt de tocht om een overleden vriend te eren, terwijl een ander aan zijn zwangere vriendin probeert te bewijzen wel degelijk iets te kunnen afmaken. Het ene verhaal is sterker dan het andere, maar zodra ze op het ijs staan, telt voor iedereen maar een ding: Leeuwarden bereiken.

Zoals wel vaker een probleem is bij Nederlandse films, duiken ook in De Hel van ’63 te veel bekende gezichten op. Acteurs als Cees Geel, Chris Zegers en vooral Pierre Bokma (die in zo ongeveer elke Nederlandse film van de laatste tijd wel te zien was) hebben te lijden onder hun karakteristieke uitstraling die bij veel kijkers iets te herkenbaar zal overkomen. De acteurs hebben daarnaast zonder uitzondering moeite de uitleggerige dialogen realistisch te laten klinken, waarbij vooral Chantal Janzen het met haar tekst niet heeft getroffen.

Waar de makers wel in zijn geslaagd is het weergeven van de extreme kou tijdens de barre tocht en de ontberingen die de rijders moesten doorstaan. Met behulp van de nodige special effects – de meeste ooit gebruikt in een Nederlandse film – komen de vrieskou en sneeuwstormen op het ijs uitermate realistisch over, wat ervoor zorgt dat de momenten op het ijs met afstand het beste onderdeel van de film vormen.

Die geslaagde scènes contrasteren sterk met de rest van de film die over het algemeen een gedateerde en knullige indruk achterlaat. Van de clichématige personages tot het ontbreken van een significante spanningsboog, De Hel van ’63 heeft het allemaal. Absoluut dieptepunt is een vreselijk misplaatste hallucinatie van een van de hoofdpersonen die last heeft van hongerklop en vervolgens droomt van zijn schaars geklede verloofde die allerlei heerlijke gerechten voor hem klaar heeft staan. Hoewel die armoedigheid mij bij vlagen nog wel wist te vermaken, zou iedereen voor zichzelf uit moeten maken of dat voor hen ook geldt. Het is echter nog maar de vraag wie die gok wil nemen met de komst van Avatar in dezelfde week.