The Good Liar
Recensie

The Good Liar (2019)

Helen Mirren en Ian McKellen spelen een pril koppel waarbij eerlijkheid ver te zoeken is. Het geforceerde slot deert weinig.

in Recensies
Leestijd: 3 min 2 sec
Regie: Bill Condon | Cast: Helen Mirren (Betty), Ian McKellen (Roy), Russell Tophy (Stephen), Jim Carter (Vincent), e.a.| Speelduur: 109 minuten | Jaar: 2010

Als je gerenommeerde namen zoals Helen Mirren en Ian McKellen aan boord hebt dan maakt het eigenlijk niet eens zo gek veel meer uit wat je ze laat doen. Al laat je de Dame en Sir het telefoonboek voorlezen: je weet dat je een garantie hebt op vakwerk, zelfs als het scenario dat ze moeten uitdragen zo nu en dan veel te wensen overlaat. Een onvermijdelijke maar gekunstelde plotwending in een thriller over een verliefd ouder koppel vergeef je dan ook gemakkelijk.

Met zijn bewerking van het boek van Nicolas Searle legt regisseur Bill Condon, bekend van onder meer Dreamgirls en Kinsey in ieder geval alle kaarten open op tafel. Althans zo lijkt het. Dat er voor eigen bestwil gejokt wordt in de onlinedatingwereld is een bekend gegeven. Zo liegen de gedistingeerde Roy en de charmante Betty bij hun eerste afspraakje niet alleen over hun naam, maar ook over het wel of niet roken en drinken. Ach, als dat alles is...

Maar over Roy weten we al snel meer en beter. Hij is een regelrechte oplichter die erop uit is om zijn nieuwe vlam Betty vele miljoenen afhandig te maken. De man is een slimme verleider die er op kantoor ook niet voor terugdeinst om met de hulp van wat bevriende Russen de boel in de maling te nemen. Maar je moet Roy er niet bijlappen, want hij schrikt er ook niet voor terug om harde maatregelen van stal te halen. Roy en Betty groeien snel naar elkaar toe en als de man last van zijn knie krijgt vraagt Betty hem te logeren. Kleinzoon Stephen vertrouwt het voor geen meter en ziet met lede ogen toe hoe zijn oma compleet wordt ingepakt.

Het gaat allemaal net een tikkeltje te gemakkelijk in de thriller The Good Liar, vooral met de wetenschap uit wat voor hout Roy gesneden is. Het is dan ook wachten tot de aap uit de mouw komt. In de opmaat hiernaartoe zien we aansprekend spel van zowel Mirren als McKellen die lekker in het ongewis laten hoe we de relatie tussen de twee precies moeten beschouwen. Is er sprake van echte liefde, vriendschap of iets hier tussenin? Juist omdat de twee duidelijk op elkaar gesteld zijn, maar er iets ongrijpbaars zit in hun synergie blijft het spannend om naar te kijken.

Condon brengt het verhaal met vaart en een innemende toon en laat zijn publiek lang wachten totdat de leugens van Roy uitkomen. Er is zelfs een tripje naar Berlijn voor nodig om het vertrouwen tussen hem en Betty een deuk op te laten lopen. Searle komt dan met een wat wankele geschiedenisles op de proppen die teruggrijpt naar de oorlogsjaren en hem een makkelijke uitweg biedt. Dit is dan ook het moment waarop de geloofwaardigheid en vooral het absorptievermogen van met name Betty op het spel wordt gezet. Is de vrouw werkelijk zo goedgelovig?

In de laatste akte verliest Condon zichzelf in een overdreven uitlegzucht en laat hij weinig meer over aan de fantasie. Bovendien zit alles net iets te berekenend en gelikt in elkaar. Toch valt de klap van de uiteindelijke teleurstelling reuze mee omdat het eerste uur van deze boekverfilming zo solide wordt afgehandeld. De geloofwaardigheid is uiteindelijk ver te zoeken, maar dat neem je op de koop toe. We zitten immers naar twee hele fijne acteurs te kijken. Condon rekent flink op zijn cast, en rekent goed. Het telefoonboek dat ze voorlezen bevat niet de spannendste namen, maar in de handen van twee andere spelers was het maar een saaie bedoening geworden.