Death Wish
Recensie

Death Wish (2018)

Dodelijk saai.

in Recensies
Leestijd: 5 min 4 sec
Regie: Eli Roth | Cast: Bruce Willis (Paul Kersey), Vincent D'Onofrio (Frank Kersey), Camila Morrone (Jordan Kersey), Dean Norris (Detective Kevin Raines), Kimberly Elise (Detective Leonore Jackson) e.a.| Speelduur: 107 minuten | Jaar: 2018

Even de kaarten op tafel: uw recensent van dienst heeft nooit de originele Death Wish gezien, noch een van de vier vervolgen daarop. Maar ik denk wel over voldoende filmkennis te beschikken om er desondanks een aardige inschatting van te kunnen maken, puur op basis van zijn culturele status. Ik hoef de film uit 1974 niet noodzakelijk te hebben gezien om bekend te zijn met de mate waarin dit een product was van zijn tijd. In een periode waarin grote Amerikaanse steden kampten met verval, armoede en uit de pan rijzende misdaad, was het niet vreemd dat het publiek warmliep voor een verongelijkte burgerman die het recht in eigen hand nam. Hoe goed of slecht de film ook mag zijn, het bestaan en het succes ervan was in de jaren zeventig zeer begrijpelijk. Maar wat is de gedachte achter een remake in 2018? Welke urgentie heeft dit verhaal voor een hedendaags publiek?

Amerikaanse misdaadcijfers vertonen namelijk al jaren een dalende lijn en vooral New York City is flink schoongeveegd. Daarom hoef je nu niet meer aan te komen met films als Taxi Driver, The Warriors of Escape from New York. De rottende Big Apple die daarin wordt getoond, bestaat vrijwel niet meer en heeft daarom als setting nogal zijn relevantie verloren. De geüpdatete versie van Death Wish verplaatst aldus wijselijk het verhaal, dat in het gelijknamige boek en de eerste verfilming gesitueerd was in New York, naar Chicago. Best logisch, want dat is tegenwoordig de Amerikaanse stad met de meeste criminaliteit. Hoe dit naar de kijker wordt gecommuniceerd, getuigt echter van pure luiheid. We moeten de film maar op zijn woord geloven, omdat er constant misdaadnieuws te horen is. Aan de portrettering van de stad valt niets af te lezen en op het politiebureau is schokkend weinig bedrijvigheid te bespeuren.

Hoofdpersoon Paul Kersey is ditmaal geen architect maar chirurg. Een aardige insteek, want doordat hij dagelijks mensen met schotwonden op zijn operatietafel krijgt, wordt hij volop geconfronteerd met de misdaad. Het is best aannemelijk dat het zien van al deze ellende hem vroeg of laat op een duister pad zal brengen. Toch gebeurt dit pas na een persoonlijk verlies: door een uit de hand gelopen beroving belandt zijn dochter in een coma en zijn vrouw onder de zoden. Het is het keerpunt in de film, maar het maakt ogenschijnlijk weinig indruk. Op het vernemen van de dood van zijn vrouw, reageert Kersey alsof hij net is geïnformeerd dat zijn auto een dure reparatie nodig heeft. Zijn lichaamstaal en intonatie zeggen weinig meer dan: "Goh, balen zeg."

De daaropvolgende transformatie naar wraakengel is weinig overtuigend, wat helaas veel te maken met de ongeïnspireerde vertolking van Bruce Willis. Hoewel hij een enorm voor de hand liggende keuze lijkt voor de hoofdrol, blijkt hij in werkelijkheid flink te zijn gemiscast. Brave burgerman Kersey is namelijk niet bepaald een vechtersbaas en al helemaal geen geoefend schutter, wat regelmatig wordt benadrukt. Maar Willis heeft simpelweg te veel actiefilms gemaakt. Het coole rauwdouwerschap is een van zijn voornaamste handelsmerken en dat weet hij nauwelijks te verhullen. Drama is daarentegen nooit aan hem besteed geweest, wat in een cruciale scène maar weer eens pijnlijk duidelijk wordt.

Death Wish heeft een getroebleerde ontstaansgeschiedenis gehad, met diverse scriptversies. Dat resulteert in een richtingloze film die allerlei balletjes opgooit die nooit worden opgevangen. Zo is er een scène waarin Kersey voor het eerst een wapenwinkel binnengaat, waar hij door een guitige rondborstige medewerkster wordt opgegeild voor de vele schietijzers in het aanbod. Gevraagd naar de administratieve kant van de aanschaf van een pistool, reageert zij dat dat een lachertje is. Het lijkt een scène uit een andere film, een die een statement poogt te maken over de vrije wapenhandel in de Verenigde Staten. Maar hier wordt nooit op doorgepakt en de resterende film is zo wapenverheerlijkend dat je bijna zou vermoeden dat de NRA hem heeft gefinancierd. Kersey besluit nog even niets te kopen maar zegt terug te zullen keren. Dat blijkt uiteindelijk niet nodig, want in de volgende scène krijgt hij praktisch een pistool in zijn schoot geworpen.

Het is tekenend voor de narratieve rommeligheid: maakt Kersey een bewuste keuze de strijd aan te gaan met de misdaad of is hij een gewillig slachtoffer van een toevallige samenloop van omstandigheden? Wie het weet, mag het zeggen. Zijn keuzes zijn op zijn zachtst gezegd sowieso ongebruikelijk. Want hoewel de rechercheurs die de moord op Kerseys vrouw onderzoeken hun best doen en hem consequent vriendelijk te woord staan, acht hij het blijkbaar niet nodig contact op te nemen wanneer hij een fantastisch aanknopingspunt vindt dat naar de daders kan leiden. In plaats daarvan gaat hij zelf maar aan de slag, waarna hij zich enkel uit penibele situaties weet te redden door een absurde dosis geluk. Een enkele keer wordt dat zelf onbedoeld hilarisch, wanneer een tegenstander wordt gedood door een bowlingbal. Zelfs in een zwarte komedie van de gebroeders Coen zou dat flink op het randje van slapstick zijn.

Een banaal basisgegeven als dat van Death Wish hoeft een boeiende film niet in de weg te zitten, zolang de uitvoering maar goed is. John Wick liet bijvoorbeeld zien hoe ver je komt met visuele flair, strakke actie en een goed gecaste hoofdrol. Helaas laat Death Wish het in de uitvoering consequent afweten. Van het scenario tot het camerawerk tot de montage: op geen enkel aspect weet regisseur Eli Roth indruk te maken. Maar waar hij zich het meest aan vertilt, is zijn poging Kerseys moraliteit te verkennen. Niet door personages te laten nadenken over de scheidslijn tussen goed en fout, maar simpelweg door bij elke scèneovergang hetzelfde praatprogramma te tonen, ook al wordt daarin geen enkel argument aangedragen. Mensen zijn voor of tegen Kerseys kruistocht, maar verder hebben ze niets te melden. The Boondock Saints wist deze binaire Standpunt NL-onzin tenminste nog fijn te beperken tot de aftiteling.